Een padvinder

In de trein

Is hij zenuwachtig? De vingers van zijn rechterhand tikken ritmisch tegen de stoel voor hem, bewegen naar zijn linkerarm om zijn elleboog te krabben, terug naar de knie. Als hij lacht, klinkt dat kort en hevig en als zijn gezicht telkens daarna iets naar links draait, is daarop geen uitdrukking te zien. "Had ik je al verteld..." zegt het meisje naast hem. Ik besef dat ik een karikatuur van hem maak, ik reduceer hem tot zijn vingers en zijn lach, een specifieke uiting daarvan zelfs. Voor het meisje is hij veel meer. Geen geliefde; broer, goede vriend misschien. Hij scrollt door Tinder. (Nee, geen geliefde.) (Kun je daar tegenwoordig scrollen?) Een klein meisje met krullen, een blond meisje met veel make-up. Foto's van verre reizen, foto's in een restaurant, foto's met vriendinnen en drankjes. Dit is wie ik ben, past dat bij wie jij bent? Ze analyseren de foto's, maken er grappen over. Hij wil geen Friese zegt hij, die kan hij niet verstaan. "Hier drukt ze de symbolische verhouding tot het glas uit (wijn?), hier de eeuwige jeugd."